Evenaar
Queen Elizabeth National Park
Oeganda
12 – 15 januari 2020
Het Queen Elizabeth National Park is beroemd om de leeuwen die in bomen luieren. Het alleen recht op dit bijzonder fenomeen heeft het park niet. In de Serengeti zagen we eerder vijf leeuwinnen in dezelfde boom hangen. Het park is een onderdeel van een lijn van natuurparken in het Westen van Oeganda die als kralen in een ketting aan elkaar zijn geregen.
Hangbomen
De weg naar de camping leidt langs het bewuste gebied waarin de hangbomen staan. Getraind kijken we uit naar slungelende poten en lange staart langs de takken. Geen leeuw te bespeuren. De vele kuilen en geulen in de weg maken het rijden zwaar. We zijn blij als we onze standplaats voor de komende twee nachten bereiken. Aan een idyllische roodbruine modder rivier slaan we kamp op. De hoge oevers houden het terrein Hippo vrij. Naast heel veel bijtende mieren, zien we weinig dieren.
Koninklijk?
In 1954 werd koningin Elizabeth’s bezoek aan het park vereerd met de naamvernoeming. Of de vorstin vandaag de dag daar nog steeds gelukkig mee is, is zeer de vraag. Het park doet de koninklijke naam geen eer aan. Het maakt een verwaarloosde indruk. Na een heerlijke lunch in de Mweya Safari Lodge staan de luipaarden op het programma. In de avondschemer rijden we de track die veelbelovend Leopard-Loop heet. Geen garantie voor aanwezigheid van de fraai gevlekte dieren, daar zijn we op voorbereid. Niet voor één gat te vangen, rijden we andere tracks in het gebied. De Royal Loop strandt in een volledig overgroeid spoor. Nadat we eerder op deze track de lak van G voorzien hebben van krassen van de overhangende scherpe doorntakken. We moeten de afgelegde weg weer helemaal terugrijden. Net voor sluitingstijd bereiken we de poort. Daarachter ligt de kale camping met minimale faciliteiten. Zoals in de meeste Afrikaanse Nationaal Parken de norm is. Sloophout ligt klaar voor een kampvuur. Dat gebruiken we graag tegen de bezoekende Hippo’s. Het vuur brandt nog maar net als een moeder nijlpaard met kind verschijnt op de grote open vlakte. In de nacht passeert ook nog grote kudde een olifanten onze daktent. Het maanlicht verlicht de grote zoogdieren. En worden we ook nog getrakteerd op een hyena serenade. Het blijft een magnifieke ervaring.
Leeg
We melden ons ‘s morgens bij de volgende toegangspoort. De rangers vertellen dat ze vijf leeuwen hebben gezien. We parkeren de G verderop achter vijf andere auto’s. Met de verrekijker tuurt iedereen het hoge gras af. In de hoop een glimp van een blonde leeuwen rug te zien. Om beurten houden Onno of ik de toeristen in de gaten. Een blijde blik of kreet van succesvol spotten blijft uit. We beproeven ons geluk verderop in het park. De uitgestrekte velden met hoge grassen en hier en daar bomen, leveren het Afrikaanse savanne landschap waar we zo van houden. Ondanks het feit dat we de gezochte katachtige dieren niet vinden, genieten we volop.
Via het vulkaan gebied verlaten we het park. De kraters, gevuld met water, zijn prachtige meren geworden. Een natuurschoonheid dat zich kan meten met Ngorongoro. Wanneer het hoge gras langs de rand tenminste het uitzicht niet ontneemt. Op slechts enkele plekken is het panorama onbelemmerd zichtbaar. Alleen de wilde dieren ontbreken. Het is ons een raadsel waarom ze dit gebied vermijden. Mogelijk de Tse-Tse vlieg die zich vaak laat zien en horen.
Evenaar
Het is uiteindelijk maar een breedtegraad, toch is het bereiken van de evenaar een heugelijk moment in onze reis. Van het zuidelijk halfrond naar het noordelijk halfrond. Gevoelsmatig dichter bij huis. We houden nauwlettend de GPS navigatie in de gaten, wachtend op breedtegraad in vele nullen exact weergegeven. Langs de weg staat het punt met een groot bord ‘Evenaar’ aangegeven, naast grote parkeervakken voor de toeristenauto’s. Echter, dit is nog zeker 25 meter voor de nauwkeurige GPS coördinaten aanduiding. Volgens GPS bevindt de evenaar zich precies op de rotonde van de grote doorgaande weg. Geen handige locatie om met een auto stil te staan bij deze mijlpaal. Het Afrikaanse motto ‘als het niet kan zoals het gaat, moet het maar gaan zoals het kan’ in optimaforma.
Vakantiewerk?
Gelukkig zien we in Afrika veel schooltjes langs de weg. Of voelen we onder de auto de vele en hoge verkeersdrempels die de snelheid bij de lesgebouwen eruit halen. Educatie geeft een betere toekomst. Buiten schooltijd spelen kinderen met ballen of zelfgemaakt speelgoed. We zien kinderen die hun moeder helpen boodschappen dragen. Zoals in Nederland bij de supermarkten ook gebeurt. Kinderen die op hun jongere broertje of zusje passen. Of op een aantal geiten. In Nederland ook niet zeer ongebruikelijk, op het geitenhoeden na. In Oeganda zien we voor het eerst kinderen echt wérken. Ook kleine kinderen, nauwelijks vier á vijf jaar. Langs de weg slaan ze samen met hun ouders stenen bergbrokken stuk tot grind. Dit schokt ons. Het is zwaar werk, zo’n grote hamer hanteren. Niet iets wat een kind graag uit zichzelf doet. Ook niet in de vakantie, zoals in deze periode. Het kleine jongentje, met zijn armpjes boven zijn hoofd geheven om met de hamer op de volgende steen te slaan, staat nog lang op mijn netvlies gebrand. Dit is ook Afrika. Het went nooit. Gelukkig maar.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!