HAT Togo – Marokko 2017
In het voorjaar van 2017 heb ik, Ingrid, een reis met Holland Africa Tour (HAT) gemaakt van Togo naar Marokko met MAN KAT 1 vrachtauto’s. Helaas kon Onno geen vrij van zijn werk krijgen voor dit vier weken durend avontuur. Maar gelukkig kon hij ‘digitaal’ meerijden en heeft ons zelfs op afstand super geholpen toen we verdwaald waren in de Sahel.
Maar eerste even het belangrijkste, wat is Holland Africa Tour? Dit is een stichting onder de bezielende leiding van Loek en Jim Vermeulen (de racende tweeling), die ruime ervaring hebben op het gebied van woestijnreizen met vrachtauto’s, terreinwagens en motoren. Tijdens hun reizen doen ze dorpen aan in Afrika waar hulpgoederen zoals meel, kleding, schoolmateriaal, medicijnen en speelgoed worden uitgedeeld. Naast sponsoring wordt een deel van de financiering verzorgd door de mensen die meereizen op de vrachtauto’s. Zo ontstaat een fantastische combinatie van hulp en plezier. Kijk voor meer informatie op de website van Holland Afrika Tour (HAT).
Lomé – Golden Eye
18 maart 2017 : 170 km
Dankzij Royal Air Maroc, die de vlucht cancelde op vrijdagnacht van Casablanca naar Lome, werd de groep in tweeën gedeeld. Jim, Eri , Gerd, Kees, Edwin arriveerden op donderdag vroeg in de ochtend om de trucks op te pikken bij Heavy Mat, het bedrijf van Denis Rozand, waar de trucks stonden gestald. De eerste Crew heeft de hele dag doorgewerkt om alle vrachtwagens weer in orde te maken. De trucks werden gevuld met 2350 liter water en 6000 liter diesel. Yolanda, Fer, Gerrit, Abbie en Ingrid arriveerden op de vroege zaterdagochtend met extra koffers met proviand voor de komende weken. Na een heerlijk ontbijt op het terras met uitzicht op zee, vertrokken we richting Golden Eye. De eerste kennismaking met Togo was compleet, de drukke steden, de dorpjes waarin de kinderen ons nazwaaiden en de mooie natuur in de richting van Golden Eye waar we voor de eerste keer kamp opsloegen. Eri had het eten bereid met voor iedereen wat wils. Na deze lange dag zocht iedereen op tijd de daktenten op.
Golden Eye – Lama Tessi
19 maart 2017 – 230 km
De ochtend start met een uitzicht over de vallei in nevelen gevuld door de hoge luchtvochtigheid. Na het ontbijt in de relatieve koelte worden de nodige reparaties aan de MAN’s. verricht. Kees verving een brandstofleiding en het doek van MAN 8 werd door Fer en Ingrid met naald en draad hersteld. De MAN 6 heeft problemen met de koppeling, tijd om deze te repareren is vandaag niet. Voorlopig vult Gerd het vloeistof in het reservoir regelmatig bij. Na een mooie rit door de heuvels kregen de eerste medereizigers de kans om de MAN 8 te besturen. De eerste beginselen van schakelen, ruimte nemen bij inhalen, met een grote bocht insturen en op tijd remmen werden geduldig door Fer bijgebracht. Na een volle dag rijden wordt het tijd om een goede slaapplek te vinden. De weg N1 heeft veel dorpjes aangetrokken waardoor de gezochte rustige kampeerplek uitblijft. Vlak voor het donker wordt een hotel gevonden met een kleine binnenplaats waar de trucks mogen staan. Gerd maneuvreert de MAN 6 zonder werkende koppeling zo goed mogelijk tussen een nauwe doorgang van een betonnen trapleuning en de dakgoot. Dat alleen de dakgoot werd beschadigd, beschouwen we als een goede prestatie. Het menu was een keuze uit kip met rijst of spaghetti of couscous. De biologische kip was waarschijnlijk zo mobiel geweest dat het stugge vlees nauwelijks van het bot te trekken was. We gaan de nacht in met regen die amper verkoeling brengt.
Lama Tessi – Dapaong
20 maart 2017 – 260 km
Na het ontbijt in het hotel wordt een beroep gedaan op de stuurmanskunsten van de mannen om de trucks zonder kleerscheuren uit de kleine binnenplaats te krijgen. In een dorpje weet Eri blikjes fris en -nog belangrijker- bier in te slaan. Yolanda heeft een prachtige route uitgezocht. Het plattelandsleven ontvouwt zich, we zien de eerste ronde lemen hutjes die Afrika kenmerkt.
De N1 gaat over in de N17 die na verloop van tijd niet meer dan een zeer smal geitenpad blijkt te zijn waarop we door het zand en in een voortdurende slalom de bomen proberen te ontwijken. Voor de leerling chauffeurs een mooie kennismaking met off road rijden. De vertwijfeling over de juistheid van de route slaat toe bij de medereizigers maar Yolanda houdt voet bij stuk dat dit de correcte route is. Haar gelijk krijgt Yolanda zodra we de geasfalteerde weg weer voor ons zien; niemand twijfelt meer aan haar woord.
Dapaong
21 maart 2017 – 0 km
In de vroege ochtend, terwijl sommigen nog heerlijk in de daktent sliepen, waren de doorzetters al vroeg bezig met de werkzaamheden. Alles wat in de loop der tijd stuk is gegaan, last Kees weer aan elkaar. De MAN 8 wordt door Fer, Jim en Abbie uit- en opgeruimd op zoek naar een koppeling. Gerrit repareert geduldig alle opbergvakken in de MAN 6, Gerd en Edwin nemen diverse herstelwerkzaamheden op zich.
Yolanda verdiept zich in de gebruiksaanwijzingen van het MIFI-kastje en met de juiste kaarten in Burkino Faso zien de internetmogelijkheden er veelbelovend uit. Om 14.30 uur klinkt de voorzichtige conclusie dat de MAN 6 weer een werkende koppeling heeft. Vandaag stond de grensovergang naar Burkino Faso in de planning. Na overleg wordt besloten de geplande grensovergang niet in de namiddag op te zoeken wegens de verwachte lange rijen en de volgende ochtend ervoor te zorgen dat we de eersten zijn.
Dapaong – Ouagadougou
22 maart 2017 – 320 km
Om 6.45 uur vertrekken we richting grens van Burkina Faso. Vandaag heeft Abbie als laatste de vuurdoop als leerling vrachtwagenchauffeur. Na amper een kilometer gereden te hebben, worden we van de weggehaald door de stoer geklede politieagenten. Controle van de rijbewijzen en het dragen van gordels. Met vertrouwen zien we de rijbewijscontrole tegemoet omdat Jim toevallig gisteravond de internationale rijbewijzen heeft afgestempeld. Op het onderdeel dragen van de gordels komen we er minder gunstig vanaf, die hebben we geen van allen om. De bemanning van de MAN 8 moet zich verantwoorden terwijl de rest van de groep in de andere trucks naarstig op zoek gaat naar de gordels. Dik onder het stof achter de stoelen worden de gordels bij de juiste stoelen gezocht. Het mocht niet meer baten, alle drie chauffeurs moeten elk 10.000 CFA boete betalen. Fer en Yolanda weten het af te kopen voor totaal 10.000 CFA, zonder bonnetje weliswaar. De grensovergang naar Burkino Faso is Afrikaans chaotisch. Terwijl we wachten op de paspoorten, kunnen we de eerste lekke band verwisselen. De ontvangst in Burkino Faso is hartelijk, de procedures ondoorgrondelijk. We missen de eerste van vele politie- en douaneposten, dat blijkt als we door een militair op de motor tot stilstand worden gebracht. We zetten de vaart er weer in om voor het donker te arriveren maar er wacht ons nog een lekke band. In 43 graden warmte wordt deze band door goed teamwerk efficiënt gewisseld. Het is al een uur donker als we onze slaapplaats in de hoofdstad Ouagadoudou bereiken.
Ouagadoudou
23 maart 2017 – 0 km
Vandaag een rustdag. Iedereen heeft heerlijk geslapen in de gehuurde hotelkamers met airco. Jim, Fer, Yolanda en Ingrid gaan met de taxi naar de supermarkt om de voorraad aan te vullen met meer dan 100 blikjes frisdrank, die elke dag gekoeld gretig worden gedronken. Edwin en Gerrit zorgen ervoor dat de banden worden gerepareerd. Fer is gisteren niet zonder kleerscheuren afgekomen bij het vervangen van de koppeling. Hij vindt een naaiatelier om zijn broek, die inmiddels van boven naar onder volledig is doorgescheurd, te laten herstellen. Het zwembad bij het hotel geeft een welkome verkoeling en zorgt voor een relaxte middag. Yolanda weet uit eerdere bezoeken aan de stad een goed restaurant waar we vanavond gaan eten.
Ouagadoudou – Karekuy
24 maart 2017 – 308 km
We verlaten Ouagadoudou vroeg omdat we ’s middags dichtbij de grens willen eindigen. Het neemt enige tijd in beslag voordat we de grote stad uit zijn. De mensen op het platteland zijn heel vriendelijk, iedereen zwaait naar de trucks.
We stoppen voor de lunch dichtbij een nederzetting met een waterput. De kinderen komen overal tevoorschijn en vinden de trucks reuze interessant. Ze verzamelen zich onder een boom en kijken met belangstelling naar onze bezigheden. Het ziet er niet naar uit dat deze kinderen naar school gaan. Eri deelt Snelle Jelles uit die door de kinderen in dankbare verlegenheid in ontvangst worden genomen.
In het laatste stadje dat we tegenkomen heeft Jim een tankbeurt gepland. Het serviceniveau van het tankstation blijkt hoog, een pompbediende maakt twee pompen meteen vrij voor de vrachtwagens. Bij het volgooien van de extra tank binnenin de MAN6 probeert een medewerker ons duidelijk te maken dat het koken van soep op gas en diesel tanken in dezelfde binnenruimte niet verstandig is, we zijn hem dankbaar voor z’n oplettendheid. Een oude medewerker zonder tanden en met een overdosis zelfvertrouwen verklaart iedere vrouw uit ons gezelschap de liefde en staat al snel met pen en notitieblok klaar om haar telefoonnummer te noteren. Een vriendelijke medewerkster voorkomt dat Ingrid het boodschappenmandje meeneemt naar Marokko. We leggen de laatste kilometers af en stoppen 70 kilometer voor de grens om kamp te maken midden in de natuur, de eerste keer tijdens de reis. Het hele dorp loopt uit om ons te bekijken. Jim legt een touw neer als een denkbeeldige erfafscheiding, niemand stapt er overheen. Als het donker wordt verdwijnen de mensen naar hun hutjes en hebben wij onze privacy terug.
Karekuy – 30km westelijk van Bla
25 maart 2017 – 276 km
Na de koffie rijden we om 7.00 uur weg, enthousiast uitgezwaaid door de dorpsbewoners. De weg naar de grens naar Mali is rustig, we komen nauwelijks tegenliggers tegen. De grensprocedures in Mali nemen de nodige tijd in beslag. We moeten enige tijd wachten op de komst van de grensovergang manager die de elektriciteit aanzet, daarna kunnen de beambten de formulieren voor de trucks invullen. Ondertussen drinken we onder een boom koffie met de medewerkers. De voetbal die Yolanda aan passerende kinderen geeft, wordt door een grensbeambte geconfisqueerd. Voor zijn zoon begrijpen we later. Dat de ambtenaren gewend zijn cadeaus te ontvangen wordt ons onomwonden duidelijk gemaakt, als we het niet zelf aanbieden wordt er rechtstreeks naar gevraagd. Tweeënhalf uur later mogen we doorrijden, met de stempels in ons paspoort. In Mali zijn de inwoners meer gereserveerd dan in Burkino Faso. Ze kijken verbaasd naar de trucks en zwaaien niet automatisch terug. We kiezen voor een 90 kilometer lange onverharde weg met als doel een rustige plek te vinden voor de nacht. Na een tocht over de akkers belanden we op een mooi vlak stuk direct naast de weg. We zijn inmiddels geoefend in het maken van kamp, iedereen pakt de nodigde klusjes op waarna ons een koud biertje wacht.
Nabij Bla – Bamako
26 maart 2017 – 235 km
We staan om 6.00 uur op en vervolgen een uur later de onverharde weg. Hoe verder de weg van de bewoonde wereld komt, hoe wonderlijker deze verloopt. De weg die we rijden komt niet overeen met de route op Galileo. Men heeft op de plek van de oorspronkelijke weg huizen gebouwd en rondom deze huizen is een wirwar van weggetjes ontstaan. Yolanda weet hieruit toch elke keer de juiste weg te kiezen. We kunnen onze off road vaardigheden oefenen op de weg met continu nieuwe uitdagingen voor de trucks. Een enkele keer rijden we de wagens klem omdat de weg zich niet vervolgt, raken de vrachtwagen vast onder de bomen en proberen we grote kuilen te ontwijken. Dat hier weinig vrachtwagen rijden, lezen we af aan de verbaasde gezichten van de bewoners. Naar de Malinezen zwaaien, levert alleen van volwassenen een reactie op. Al snel leren we dat we niet alleen moeten zwaaien maar erbij ook breeduit moeten lachen om het ijs bij de kinderen te breken.
Uit het niets ontvouwt een brede rivier zich voor ons. Een beladen bus is zojuist het pontje opgereden, de mannen krijgen de pont nauwelijks in beweging. Jim gaat op onderzoek uit en hoort dat de bodem van de rivier geen problemen voor de trucks oplevert. We besluiten met de trucks de rivier door te rijden, de leerling chauffeurs laten deze klus graag over aan de medereizigers met groot rijbewijs. Na nog kilometers snel reageren, goed sturen en remmen bereiken we de grote weg, de koude frisdrank smaakt tijdens de ingelaste stop extra lekker. Op weg naar, het voor Malinese begrippen luxe resort, wacht ons de laatste uitdaging. De elektriciteitskabels hangen te laag om de trucks een veilige doorgang te geven. Gerd vindt een lange tak waarmee de kabel omhoog kan worden geduwd en Edwin klimt boven op de MAN 6 om de kabel over het hoogste punt te begeleiden. Eindelijk bereiken we het resort dat met drie zwembaden veelbelovend uitziet voor de rustdag morgen. Hoewel, om 22.30 uur hangt Jim nog een lijst met werkzaamheden op voor de relatief koele ochtenduren.
Bamako
27 maart 2017
De meeste mensen zijn wakker om 6.00 uur en starten direct met de werkzaamheden. Ook vandaag wordt weer een temperatuur van 42 graden verwacht. Rond 10 uur worden Lex en Els warm welkom geheten door de groep, ze zijn die nacht in Mali aangekomen en hebben nog wat uren slaap gepakt. Lex brengt de tas met onderdelen en gereedschap voor de trucks. De felbegeerde scharnieren voor de bevestiging van de rijplaten bevinden zich niet in de tas tot teleurstelling van Jim en Kees. Creatief vinden zij een andere oplossing.
Terwijl de mannen klussen maakt Eri een heerlijke saus voor het avondeten. Jim stelt een boodschappenlijst op om voorraad aan te vullen. De lijst is niet lang, dit in tegenstelling tot de duur van de taxirit. Voor ieder product moeten we een andere winkel bezoeken, de chauffeur kent voor alles een adresje, ook voor de koffie to-go. Een voorraad drinken inslaan staat boven aan de lijst. De achterbak van de taxi zit zo vol dat zelfs de laagste drempel de onderkant van de auto afschaaft. Het lijkt de chauffeur niet te deren, onverstoorbaar rijdt hij door. Bij thuiskomst maken Yolanda en Ingrid een lunch van de verse eieren en stokbrood, die na het harde werken gretig aftrek vindt.
In de middag zoekt iedereen verkoeling bij het zwembad. Degenen die hun zwemspullen thuis hebben gelaten, springen in hun ondergoed in het zwembad.
Bamako – vlak voor Mansala
28 maart 2017 – 197 km
De luidsprekers voor de islamitische gebedsdienst wekken ons om 5.30 uur, de dienst start met luid gezang en gaat over in een lange preek, tenminste zo klinkt het. We staan op tijd klaar om de camping te verlaten. Door de grote, hoge trucks in combinatie met bomen die de uitweg versperren, duurt het even voordat we op straat staan. Daarna begint de echte uitdaging: Bamako verlaten. Hiervoor moet men over een van de drie bruggen over de rivier Niger, we zijn gewaarschuwd dat dit veel files oplevert. Het heeft twee uur geduurd voordat we uiteindelijk de doorgaande weg bereikten. Dit keer gaat de volledige route over de asfaltweg, er leidt maar één weg naar de volgende bestemming. De vele en soms hoge verkeersdrempels zijn voor de rest van de dag de rij-uitdaging. We zien langs en op de weg verongelukte auto’s van minder fortuinlijke chauffeurs. De aanhoudende warmte van inmiddels 45 graden in de schaduw, is voor sommigen van ons nog elke dag een overlevingsslag. De benodigde hoeveelheid van 6 liter per dag haalt bijna niemand, het voordeel is dat we onderweg geen tijd verliezen met plas-stops.
We vinden relatief laat een mooie overnachtingsplek langs de weg. Iedereen is vermoeid, meer dan een pannenkoek gaat er bij de meesten niet meer in. Jim toont zich tevreden, gisteren is veel gerepareerd en vandaag zijn nauwelijks mankementen aan de trucks bijgekomen. Daar drinken we op voordat we de daktenten opzoeken.
Nabij Mansala – Manantaly
29 maart 2017 – 133 km
We vervolgen de weg nadat we de rest van de pannenkoeken hebben opgegeten. Na 30 kilometer draaien we een off roadweg op. We komen langs dorpjes waar we de petjes uitdelen die Lex en Els hebben meegebracht. Kees stopt bij een dorpje om een voetbal weg te geven. In een paar minuten staan er honderd mensen om ons heen die allemaal eerst een handje willen schudden. Kees geeft de bal aan dorpsoudste waarna het voetbalspel meteen begint.
We bereiken de camping van Casper Jansen aan de rivier Bafing rond het middaguur. De meegebrachte 1000 kilo kunstmest voor de bananenboomplantage van Casper wordt uitgeladen, hij verwacht hiermee de oogst te kunnen verdubbelen. Na het eten van een verse fruit salade is het nog een kwestie van minuten voordat iedereen de rivier induikt. Casper heeft naast de bananenbomen ook veel mangobomen en struiken met cashewnoten. Aan iedere vrucht ter grootte van een lemon en bijna evenveel sap bevat, groeit één enkele noot. Het proces van het oogsten en branden van de noten kent veel stappen, we snappen nu wel waarom deze noten prijzig zijn.
Manantaly
30 maart 2017
Zoals op iedere ‘rustdag’ starten de mannen vroeg met de werkzaamheden aan de trucks. Nu er geen dringende reparaties zijn, gaan de mannen op zoek naar het antwoord op de vraag waarom de MAN 6 lucht verliest bij schakelen en remmen. Op de afgesproken tijd staat Casper klaar om ons naar de dorpen te rijden waar we de waterpompen gaan repareren. We klimmen in de laadbak van de Toyota Hilux en voelen ons heuse Afrikanen. In het eerste dorp worden we uitbundig door de bewoners ontvangen; de vrouwen dansen, trommelen en zingen enthousiast. De pomp die het water uit de rivier naar de akkerbouw moet brengen werkt niet meer, men moet het al enkele dagen zonder water doen. Edwin en Kees hebben al snel door waarom de pomp niet werkt, na een half uur horen we de dieselmotor weer lopen. Uit dankbaarheid worden we meegenomen naar het plein waaraan de dorpsoudste woont, alwaar ons een levende geit wordt aangeboden, die ze voor ons willen slachten. Na enige tijd onderhandelen en overtuigen is het ons gelukt het leven van de geit te sparen.
In het volgende dorp worden we men minder uitgelaten ontvangen. Als we de pomp zien, begrijpen we waarom, deze brengt nog water naar boven. We voeren groot onderhoud uit en halen 4×7 meter pijp naar boven, waarna de kop van de pomp kan worden vervangen. Hiermee is gegarandeerd dat de pomp het dorp van water blijft voorzien. Als op de terugweg voor de vierde keer de accu in de auto van Casper het af laat weten en we allen de auto weer moeten aanduwen, snakken we naar de koele rivier en koud bier.
In de late namiddag rijden we naar de dam, waar we de binnenruimtes van de indrukwekkende turbines mogen zien.
Manantaly
31 maart 2017
De gids in Mauritanië heeft zich een dag vergist, en verwacht en haalt ons één dag later op bij de grens. We besluiten nog een dag bij Casper te blijven, de koele rivier bindt ons aan deze camping. De mannen repareren zorgvuldig de lekke (binnen)banden. Yolanda en Ingrid maken pasta van de verse groenten die zij samen met Casper op de markt hebben gekocht, een gebakken banaan in de saus is de lokale culinaire tip. We maken Casper blij met de oude voorraad eten die uit de MAN 8 is gehaald.
De mannen gaan gewapend met nieuwe olie en diverse moertjes terug naar de waterpomp. Op de terugweg willen ze boodschappen meenemen, echter het vrijdagmiddag gebed zorgt dat het dorp is verlaten en de winkels gesloten. Kees en Jim vervangen de rembooster hetgeen de MAN 6 meer lucht geeft. Na het eten beginnen Gerd en Abbie goed gehumeurd aan de grote berg afwas van de hele dag.
Manataliy- noordelijk van Ossoubidiania
1 april 2017: 191 km
Casper zwaait ons uit en we vervolgen onze reis door Mali. Een prachtige off road leidt ons naar de rivier waar we de lokale pont nemen. De pont is niet groot en een vijftal vrachtwagens staan nog voor ons. Jim gooit zijn charmes en 5.000 CFA’s in de strijd en weet ons vooraan in de wachtrij te zetten. Personenauto’s weten toch voorgang af te dwingen waardoor alleen de MAN 8 op de pont kan. Terwijl de pont wegvaart ontdekt Gerrit een lekke band bij de MAN 4, alle reparatie inspanningen van de dag tevoren ter spijt, we schrijven de band af.
De pont is terug met een lange, zwaarbeladen vrachtwagen die de pont afrijdt en klem komt te staan op de afrijdplaten. De MAN 6 doet diverse pogingen om de vrachtwagen vooruit te trekken, hetgeen uiteindelijk lukt. We kunnen de pont op rijden en sluiten ons aan bij de MAN 8.
Ossoubidiania – Nioro du Sahel
2 april 2017: 181 km
We starten de dag met een ‘witte’ landweg die Yolanda op de kaart heeft gevonden. Rond het middaguur komen we bij de grote weg en kunnen we kiezen uit een ‘roze’ landweg (Michelin) of een asfaltweg. We kiezen voor de landweg in de verwachting rond 17.00 uur de laatste stad in Mali te bereiken. Ondanks dat we de indruk hebben dat we goed doorrijden, halen we een gemiddelde snelheid van 12 km/uur. We komen om 18.15 uur in het stadje aan en maken gebruik van de mogelijkheid nog te tanken voor Mauritanië. Het enige hotel is te onaantrekkelijk om de nacht te gebruiken. De politie biedt ons twee mogelijkheden voor de overnachting: op het terrein van het politiebureau of bij de grens 65 kilometer verderop. Onder begeleiding van de politie worden we door de stad naar het bureau geloodst. We maken het kamp op naast het politiebureau, hun toilet en douche wordt gastvrij aangeboden. Kees had erg veel woorden nodig om de conditie van de sanitaire voorzieningen van het politiebureau omzichtig te omschrijven. Een eigen blik op de ‘badkamer’ leidde tot de conclusie dat de kraan bij de vrachtwagens en een plekje in de natuur als luxe kan worden omschreven. Drie stoer gewapende agenten waken over de trucks terwijl wij gaan slapen in de daktent.
Nioro du Sahel – 60 km voor Timbedra
3 april 2017: 174 km
We naderen Mauritanië, het landschap krijgt het uiterlijk van een woestijn en we zien de eerste dromedaris. De bevolking in Mauritanië is vrijwel volledig moslim, bij de grens heten de beambten alleen de mannen uit onze groep hartelijk welkom met een handdruk. Hoewel Mauritanië een van de armste landen in Afrika is, doen de grens- en visaprocedure niet onder voor een westers land. Het paspoort wordt ingelezen en gescand, de vingerafdrukken en een digitale pasfoto worden genomen, vervolgens wordt een kleurenvisa voorzien van de pasfoto geprint en in het paspoort geplakt. Welke persoonsinformatie van ons in de database van Mauritanië wordt opgenomen is niet duidelijk omdat de Engelstalige foutmeldingen consequent en vasthoudend worden weg geklikt. Daarna moeten we ons melden bij de politie alwaar wederom vingerafdrukken en pasfoto’s worden gemaakt.
Tot onze opluchting is niemand aanwezig bij Customs, de grote hoeveelheid alcohol die we bij ons hebben, komt ongezien het land binnen.
We worden opgewacht door de militairen die ons tijdens deze reis moeten beveiligen. Toeristen werden in dit gedeelte van Mauritanië in het verleden overvallen of nog erger en daardoor kreeg Mauritanië een negatief reisadvies van de Europese Unie.
De meereizende militairen zorgen dat de toeristen veilig door de delen met code rood (advies: niet reizen) komen. De beveiliging betreft maar liefst vier Toyota’s met in totaal 18 militairen en zes geiten die ons bewaken met een punt 50 mitrailleur op het dak en de bekende Kalasjnikovs. De uitrusting is compleet met helm en schermvest bij meer dan 40 graden Celcius.
Er is wat verwarring over de informatievoorziening van de exacte route die we moeten rijden. De militairen verwachten way-points van de route te krijgen en onze begeleider is nog niet eerder in dit gebied geweest. Uiteindelijk rijden twee Toyota’s voorop omdat de militairen in bezit zijn van stafkaarten en een geavanceerde GPS.
De chauffeurs van de MAN’s schipperen tussen het houden van snelheid, waartoe we worden aangemaand door de kapitein, en de trucks heelhuids tussen de bomen laveren. Bij het maken van het kamp wordt duidelijk dat geen van beide is gelukt: we hebben de bestemming niet gehaald en de trucks hebben schade opgelopen, van gebroken achteruitkijkspiegels tot het verliezen van de daklijst van de MAN 4.
De Toyota’s van de militairen stellen zich op in de vier windrichtingen op enkele meters van onze trucks. Het is gedaan met onze privacy, zelfs ongezien ‘toiletbezoek’ in de kale natuur is niet meer mogelijk. De militairen bereiden het avondeten, de geit blijkt de maaltijd te zijn die boven het kampvuur wordt klaargemaakt.
Babij Timbedra – 40 km boven Nema
4 april 2017: 270 km
Ook nu weer zijn de asfaltwegen zo smal dat er nauwelijks twee vrachtwagens op passen. In alle landen waar we door reizen is het zaak met de linkerwielen op de middenlijn te blijven rijden zodat de rechterwielen veilig afstand houden van de bandenvernietigende asfaltranden, net zo lang tot de tegenligger ruimte maakt. In Mauritanië verdwijnen zelfs de meest brede en zwaar beladen vrachtwagens voortijdig in de berm. Het zien van de bewapende terreinauto’s met militairen is waarschijnlijk intimiderend genoeg om ruim baan te maken voor onze naderende kolonne.
De snelheid van de eerste dag is eruit bij de militairen, ze stoppen in Nema terwijl wij boodschappen doen bij de lokale supermarkt, gaan de Toyota’s een voor een naar de legerbasis om te tanken. Al met al staan we vier uur te wachten.
Zodra alle Toyota’s terug zijn, verwachten we meters te maken. Niets is minder waar want er moet al snel weer gestopt worden voor het gebed.
Jim en Eri hebben een mooie route op de kaart ingetekend; we willen de track volgen die op de kaart te zien is in een dun zwart lijntje van Nema naar Tichitt. De militairen hebben locals gevraagd ons te begeleiden naar het begin van de juiste track. Zodra de local ons verlaat, zijn de militairen het spoor al meteen bijster. De militairen blijken op dit gebied het niveau van onze padvinders nog niet te benaderen. Tot onze verbazing wijken ze nogal eens af van de juiste windstreek.
Bij het avondeten besluiten we het anders aan te pakken. Als we zelf de waypoints hebben, zijn we minder afhankelijk van de militairen, is de redenering. Ingrid belt met de satelliettelefoon haar man Onno, die de waypoints op de route sms-t. De mannen repareren twee banden en nieuwe banden worden uit de MAN 8 gehaald. We zijn klaar voor het terrein van de Sahel.
Nabij Nema – 90 km NO van Ouadane
5 april 2017: 200 km
Vol goede moed gaan we, in bezit van way points, om 7.00 uur op pad. We hopen deze dag de achterstand in te lopen. Mag er op de kaart een heldere zwarte lijn staan, deze track in de eindeloze zandvlakte herkennen is toch heel iets anders. Er zijn geen oude sporen zichtbaar die duidelijk maken hoe het pad loopt. In de woestijn van Mauritanië wordt een way point op de track van ‘een niet te missen baken’ gedegradeerd tot ‘een indicatie van de route’. Nadat de militairen de route hebben gevraagd aan locals bereiken we een kamelenkamp waar veel waterbronnen de kamelen, schapen en geiten van water voorzien. Een van de ontvangen way points ligt voor ons op de route. Omdat de militairen hebben gehoord dat de route niet berijdbaar is voor onze grote trucks moeten we weer 20 km terugrijden om een ander pad te pakken. Ondanks veel tijdverlies hebben we toch nog 200 km kunnen afleggen.
NO boven Ouadane – NO verder van Ouadan
6 april 2017: 72 km
Ook vandaag vertrekken we om 7.00 uur. De militairen zijn duidelijk nog niet ervaren met off road rijden. Het blijkt ook een nadeel te hebben om met maar liefst vier Toyota’s op pad te zijn; er rijdt zich altijd wel een vast in het zand. Jim probeert ze de grondbeginselen van terreinrijden bij te brengen: de bandenspanning verlagen en achteruitrijden als eerste poging om los te komen. Het mag niet baten, regelmatig moeten ze geborgen worden door de MAN’s.
De chauffeurs klimmen gestaag met de MANs een berg op, waarbij de zwarte buckelpistes van de wintersportgebieden verbleken. We zijn vol vertrouwen dat boven op de berg de weg zich voor ons ontvouwt. Niets is minder waar, er zijn zelfs geen oude bandensporen van een track te vinden. We zijn omringd door bergen en het is een raadsel hoe we verder moeten. Nogmaals vragen we meer way points aan Onno, die er maar liefst 48 stuks binnen een uur sms-t.
Jim benoemt Onno tot onze held, een eretitel die hij slechts een uurtje weet te behouden. De way points wijzen ons dwars over een berg, deze track is duidelijk in geen jaren gebruikt. Ook de stafkaart van het leger brengt geen duidelijkheid over de wijze waarop de route verloopt. Terwijl we ons afvragen of dit überhaupt nog goed komt, verschijnt onze gids met een lokale nomade die zegt de weg te weten naar Tichitt. Jim sluit een deal met de nomade: in ruil voor brandstof wil de nomade ons de weg wijzen. Dat het vervolgens nog twee dagen gaat duren om in Tichitt aan te komen, had niemand verwacht. We volgen de terreinauto van de nomade en het duurt niet lang voordat we inderdaad op een pad rijden, dat ook voor de trucks begaanbaar is. De nieuwe held is geboren. Dit pad is 17 jaar geleden met de hand door de nomaden aangelegd nadat het vorige pad wegens landverschuivingen niet meer begaanbaar was. Dat verklaart waarom de oorspronkelijke track niet te vinden was. De illusie dat de track ons ook op snelheid brengt, vervliegt snel. Er raakt regelmatig een Toyota zoek in het terrein, er moet gebeden en mierzoete thee gedronken worden. Kortom, er is altijd wel een reden om weer te stoppen met een wachttijd die oploopt tot een half uur of meer. Het lijkt wel alsof het niet de bedoeling is dat we op de plaats van bestemming aankomen. We hebben deze dag dan ook niet meer dan 72 kilometer in 12 uur afgelegd. Om de irritaties hierover geen kans te geven, houden we de moed erin met grapjes. Kees heeft de lachers op zijn hand door de situatie samen te vatten met: ‘We zijn ontvoerd, alleen dat weten we zelf nog niet’.
Nabij Ouadane – 100 km voor Tichit
7 april 2017: 80 km
De kolonne van inmiddels 8 voertuigen gaat weer om 7.00 uur op pad. De gids en twee militaire auto’s rijden voorop en twee auto’s volgen de trucks. De militairen rijden steeds minder vaak de Toyota’s vast sinds de militairen het volgen van de trucks niet meer al te letterlijk nemen en de diepe sporen die de MAN’s achterlaten vermijden. We hebben de afgelopen dagen de trucks door het terrein geloodst zonder vast te zitten.
Als we al onze eigen rijkunsten hoog inschatten, dan worden we vandaag weer met beide benen op de grond gezet: de MAN 4 en de MAN 6 komen vast te zitten in het zand. Edwin bestuurt de MAN 8 en trekt ons maar liefst vier keer los uit de benarde positie.
De watervoorraad in de trucks raakt op. De nomade kent op de route een goede locatie met waterputten. We pompen de watertanks vol met bronwater uit een van de tien putten die op een breuklijn liggen. Hier stapt ook de broer van onze held in, deze heeft 100 kamelen verkocht en wil zijn grote plasticzak met 100.000 dollar waard aan lokaal geld in Tichit naar de bank brengen.
100 km voor Tichit – 93 km na Tichit
8 april 2017: 193 km
We starten een uur eerder omdat we veel kilometers willen afleggen. We vervolgen het traject met de gids die ons volgens afspraak tot Tichit brengt. Het eerste echte dorp dat we in Mauritanië zien, bestaat uit blokhuizen. Voor het eerst sinds dagen hebben we zelfs weer even mobiele verbinding. Het belsignaal brengt de iPhone van Ingrid boven water, die op onverklaarbare wijze zoek is geraakt.
De vervolgroute staat weer op de kaart en in de navigatie zodat we afscheid kunnen nemen van de lokale gids. Naast de beloofde brandstof spreken we de voorraad geschenken aan waarmee we de nomade blij verrassen.
Yolanda heeft in Galileo de track die we hebben gereden vastgelegd. Mogelijk zijn we de eerste toeristen die deze bijzondere route hebben afgelegd. De kapitein van het leger wil de track graag hebben om de legerkaarten te updaten. We kunnen ons voorstellen dat ook Michelin of andere roadmap leveranciers geïnteresseerd zijn om deze nieuwe route op te nemen op de kaart. Ons avontuur krijgt nog een nuttig vervolg, beloven we onszelf.
We houden de brandstofniveaus van de trucks goed in de gaten. Tegen de avond wordt het tijd dat de MAN 4 en 6 brandstof tanken bij de MAN 8 die met de grote gevulde reservetank functioneert als pompstation.
’s Avonds direct na het bier start het project ‘iPhone’. Fer en Kees wringen zich in allerlei bochten het mobieltje uit een diepe spleet te vissen die nauwelijks breder is dan de iPhone zelf.
Nu we weer voldoende water hebben, hangt Jim de douche aan de buitenkraan en genieten we na 5 dagen weer van een verfrissende wasbeurt. Het douchegordijn biedt deels privacy hetgeen weer teniet wordt gedaan door de grote lamp die er een goed verlicht podium van maakt.
100 km voor Tichit – Tidjikja
9 april 2017: 157 km
Vandaag hebben we nog een mooie off-road route voor de boeg. Het zand maakt plaats voor stenen en we brengen de banden weer op spanning. Even later komen we wederom in een grote zandbak terecht. Dankzij de rij-instructeurs Kees, Fer en Gerd zijn we inmiddels ervaren off road rijders geworden en loodsen we de trucks moeiteloos over de verschillende soorten ondergrond. Onderweg proberen twee locals in een Toyota diesel te ritselen. Met een kwart volle tank lijkt de nood niet hoog maar we gunnen de mannen hun succes.
Eindelijk bereiken we Tidjikja. Een aantal kilometer voor deze plaats worden de vier militaire auto’s met de bemanning afgelost door twee nieuwe ploegen met Toyota’s en geiten.
Jim heeft die avond twee mannen geregeld voor het plakken van de banden. Maar liefst vijf banden moeten worden geplakt. Met belangstelling volgen we de werkwijze van de mannen, in de hoop ervan te leren. Tot onze verbazing vragen ze om een zaag, die ze liever gebruiken dan schuurpapier om de band rondom het gat ruw te maken. Jim komt tot de conclusie dat de werkwijze van onze mannen niet onderdoet voor deze ervaren bandenplakkers, dat is een mooie opsteker.
We kunnen op de binnenplaats van het hotel overnachten. De poort van ijzer wordt onverbiddelijk gesloopt door de militairen en de trucks kunnen naar binnenrijden. De kamers zijn stoffig en gedateerd zodat iedereen bedankt voor een vast bed en in de daktent kruipt.
Tidjikja – Nouakchott
10 april 2017: 629 km
We hebben een lange reis voor de boeg naar Nouakchott. Het oorspronkelijke plan om via de noordelijks spoorlijn route naar de Westelijke Sahara te rijden wordt losgelaten. We hebben dan geen tijdspelling meer voor eventuele tegenvallers op de route.
De HAT trucks moeten zondag weer volledig gereed zijn om de Marocco Desert Challenge te begeleiden, bovendien vliegen ook vier groepsleden vrijdag alweer naar huis.
De militairen zwaaien ons uit zodra we op de asfaltweg rijden. Het is blijkbaar veilig genoeg om onze route te vervolgen zonder bewapende begeleiding. Het landschap voorkomt dat het een saaie rit wordt, het uitzicht verandert regelmatig en is een enkele keer zelfs adembenemend. Het laatste kan ook van de weg worden gezegd. We houden af en toe onze adem in om de naderende tegenliggers op tijd en veilig te ontwijken.
Voor de minder ervaren truckers is het een hele uitdaging om de vrachtwagen stabiel en recht op de weg te houden, de tegenligger met soms overhellende vracht te passeren en asfaltranden vakkundig te vermijden. We zien veel autobanden langs de weg liggen die aan flarden zijn gereden. De MAN 4 ziet op enig moment rubberdelen voorbij vliegen; de MAN 8 kan een rechter achterband afschrijven.
We overnachten op een camping aan de kust. De temperatuur zakt na zonsondergang snel naar 18 graden en met een stevige zilte westenwind hebben we het voor het eerst koud. De vesten en jasjes worden uit de kisten gehaald. Het restaurant van de strandtent annex camping serveert voortreffelijke visgerechten, na een week eten uit blik smaakt de maaltijd extra goed.
Nouakchott – Barbas
11 april (522 km)
We staan extra vroeg op omdat we vandaag de grens met de Westelijk Sahara willen oversteken. Vlak voor de geplande vertrektijd om 6.30 uur wordt een grote plas olie onder de MAN 8 ontdekt. Een kapotte leiding blijkt de grote boosdoener, die door Kees wordt vervangen. Anderhalf uur later dan gepland rijden we over de kustweg richting het noorden. Er staat een krachtige wind haaks op de weg die het zand over de weg jaagt. Zandschuivers staan klaar om de beginnende duinen van de weg te schuiven.
Bij een pompstation krijgen we van een chauffeur een aantal mandarijnen die ze van Valencia naar Senegal vervoeren, het eerste fruit dat we eten sinds vertrek uit Mali. De presentjes die Fer bij wijze van dank geeft, leveren uiteindelijk een volle kist mandarijnen op die ons van de rest van de week van de nodige vitamine voorziet. Om drie uur bereiken we de grens met Westelijke Sahara. Het uitstempelen van de paspoorten in Mauritanië verloopt soepel. In Marokko mogen de bijrijders, na wat formaliteiten, de grens lopend over. Het invoeren van de trucks gaat langs meerdere loketten en de voertuigen worden uitvoerig gescand, even voor 6 uur rijden de MAN’s ook Marokko in. We vinden een plek voor het opzetten van het kamp midden in de natuur, het zal voor de laatste keer zijn deze reis.
Barbas – Foum El Oued
12 april 2017: 736 km
Nog twee dagen en totaal 1.300 kilometer te gaan voordat we Agadir binnenrijden. Het dagdoel is het plaatsje Laâyoune bereiken waar volgens de brochure een camping met een zwembad is. Gedisciplineerd rijden we met de voet stevig op het gaspedaal en gunnen we ons geen tijd voor pauzes anders dan een chauffeurswissel. De enige verstoring van het strakke ritme, of wellicht een welkome afwisseling, is de stuk gereden linkerband van de MAN 8. Voorzien van koffie, thee en pindakoekjes wordt de afgeschreven band vervangen door een andere band. De zon schijnt nog als we Laâyoune binnenrijden op weg naar de veelbelovende camping die gesloten is. Het is blijkbaar nog geen hoogseizoen. Het stadje doet duidelijk z’n best om binnen een aantal jaar een aantrekkelijke badplaats te worden. Zo ver is het nog niet. We vinden een kale camping waar we als enige gasten staan. Het is inmiddels donker en op de hoek wordt een winkeltje ontdekt waar de verkoopster tevens eieren bakt en koffie en thee voor ons maakt. Voor de laatste keer duiken we de daktent in.
Foum El Oued – Agadir
13 april 2017: 672 km
De laatste dag rijden in de MAN’s. De weg is bij vlagen riant breed en voorzien van nieuw asfalt. Het grootste deel bevinden we ons echter op smalle wegen die de chauffeurs bij de les houden. Onderweg worden de MAN’s volgetankt met diesel. De reservetank van de MAN 8 wordt gevuld met benzine waarmee de motoren die deelnemen aan de Marocco Dessert Challence van brandstof worden voorzien. Veel deelnemers van de rally zullen vandaag in Agadir aankomen. We eten onderweg op een terrasje in de avondzon Marokkaanse gerechten. Het wordt al snel donker als we de weg vervolgen.
Op de doorgaande weg in een klein plaatsje raken de buitenspiegels van de MAN 6 en een tegenligger elkaar. Met grote vaart klapt de buitenspiegel door de zijruit naar binnen en verrast Lex, Gerd en Gerrit met groot lawaai en glassplinters. Gelukkig is er geen persoonlijk letsel. Iets minder fortuinlijk is Kees die even op het wiel stond toen de MAN 6 nog iets verder op de stoep werd gezet. Door een goed opgevangen koprol, werd de schade beperkt tot een schaafwondje. Ondertussen is een andere zijspiegel uit de MAN 8 gevist en gemonteerd. Het glas wordt opgeruimd en we kunnen verder. Voor ons staat inmiddels de vrachtwagen die ook de linkerzijspiegel mist. Hoewel in deze situaties beide chauffeurs schuldig zijn, is de man vasthoudend om de spiegel bij ons te verhalen. Hij achtervolgt ons ruim 80 kilometer naar Agadir en weet blijkbaar de agenten van maar liefst drie politieposten niet te overtuigen om de MAN 6 aan de kant te zetten. Dan rijdt de chauffeur de MAN 6 klem midden op de weg in de stad Agadir. Jim adviseert tegen het verkeer in de vrachtwagen te passeren. Dit herhaalt zich enkele keren totdat Jim met de man afspreekt in het hotel om de zaken af te handelen. Jim geeft de naam van een hotel naast ons hotel, tot een afhandeling komt het niet meer.
De MAN’s worden op het plein geparkeerd waar alle rally voertuigen zich verzamelen. We trekken de laatste biertjes uit de koelkast van de MAN 4 om de aankomst te vieren.
Agadir
14 april 2017
Vandaag maken we de vrachtwagens gereed voor de volgende ploeg die de Marocco Desert Challenge gaat begeleiden. De wagens worden schoongemaakt, daktenten gelucht, voorraden aangevuld, zijraam gerepareerd en -als vast onderdeel van het programma- autobanden geplakt.
Jim, Eri, Gerd en Kees reizen verder met de rally, de anderen vliegen terug naar Nederland. We kijken terug op een prachtige reis, waarbij het zoeken naar de track in de Sahel in Mauritanië voor de avonturiers onder ons een onbetwist hoogtepunt was. De zon scheen in overvloed, onze bruine teint is daarvan getuige. Het kwik is in de eerste drie weken niet onder de veertig graden geweest, ook ’s nachts niet. We werden gelukkig van de koude blikjes, die Jim altijd in overvloed in de koelkasten had. ‘Het is een leuke groep mensen’, klonk het de laatste dagen uit de mond van de deelnemers. Kortom, we prijzen ons gelukkig dat we de uitnodiging voor deze reis van Jim hebben ontvangen én aanvaard.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!